“Je weet pas wat je mist, als je weet dat het bestaat” | Interview
We interviewden Jodie en Maaike van COC Haaglanden over GSA’s, veilige plekken op school en waarom hun werk juist nu zo belangrijk is.
Wat doen jullie voor werk?
Jodie: “Ik ben GSA-coördinator. Dit staat voor ‘Gender and Sexuality Alliance’-coördinator. Een GSA is een groepje leerlingen op school die een veilige plek kan bieden. Het is bedoeld voor leerlingen die lhbtiqa+ zijn of allies zijn. Ook komen er leerlingen naartoe die denken: ik weet nog niet helemaal wat ik ben, maar ik wil daar vragen over kunnen stellen.
Oorspronkelijk is een GSA een actie gestuurde groep, dus die activiteiten organiseert binnen de school om het thema lhbtiqa+ bespreekbaar te maken en zichtbaar te maken. Met Paarse Vrijdag bijvoorbeeld, of Coming-Outdag. Maar we zien nu wel met de verharding die binnen de maatschappij plaatsvindt, ook binnen scholen plaatsvindt. GSA’s zijn in de afgelopen jaren meer die nodige veilige plek gaan bieden, als een plek om gewoon even samen te lunchen en te praten over dingen die je meemaakt. Elke school is anders, dus ik kijk waar behoefte aan is en help scholen en leerlingen verder. Soms speelt ook de vraag hoe het onderwerp inclusie überhaupt besproken wordt op zo’n school. Daarin is dan een overlap met Maaikes werk.”
Maaike: “Ik ben coördinator voorlichting, in vijf gemeenten: Den Haag, Zoetermeer, Rijswijk, Westland en Leidschendam-Voorburg. Wij geven gastlessen, bijvoorbeeld tijdens burgerschap of mentoruren, over wat het betekent om anders te zijn. We werken ook samen met andere organisaties in gastlessen, zoals met het iDb. En bij voorlichtingen gaat het niet over ‘bla bla bla’ voor de klas, maar met werkvormen waarbij leerlingen zelf aan de slag gaan. We krijgen vaak te horen: dit is de eerste keer dat een leerling een gesprek voert met een queer persoon. En dan heb je een gesprek met, niet over.”
“GSA’s zijn in de afgelopen jaren meer die nodige veilige plek gaan bieden.”

Hoeveel GSA’s zijn er in Zoetermeer?
Jodie: “In Zoetermeer zijn er meerdere GSA’s. Op één school zie je dat er echt een leerlingvoorzitter is. Die groep komt één keer per week samen in de lunchpauze. De docent is op afstand betrokken. De leerlingen willen wel graag iets meer support, dus daar zijn we over in gesprek. We hadden er vier, alleen eentje is gestopt, omdat de kartrekkers geslaagd zijn. Dat gebeurt vaker. Wat dat betreft zit je nog altijd met de naweeën van corona. Toen moest iedereen natuurlijk thuiszitten. Veel van de leerlingen die toen actief waren in de GSA, kwamen terug als eindexamenkandidaten. Dus die hebben ook niet echt de kans gehad om hun kennis over te dragen aan jongere leerlingen.
Jodie, jij noemde eerder dat jullie verharding op scholen merken. Kun je dat wat meer uitleggen?
Jodie: “Het is voor leerlingen eigenlijk steeds moeilijker om openlijk zichtbaar te zijn als queer persoon, of als een ander persoon. Leerlingen geven vaker aan dat ze liever niet willen dat anderen weten dat ze bij een GSA horen. Ze krijgen meer vervelende opmerkingen. Het is een advies van COC om ook minder zichtbaar te zijn als GSA binnen de school, om veiligheid te waarborgen.
Vroeger was Paarse Vrijdag echt een feestdag voor GSA-leerlingen. Het roept nu vaker negatieve reacties op, terwijl het juist over jezelf kunnen zijn zou moeten gaan. Daarom zijn we nu met steeds meer scholen in gesprek over wat betekent het om zichtbaar te zijn, en wat betekent het om veilig te zijn voor deze GSA-leerlingen. Om lid te zijn van de GSA hoef je niet gelijk zichtbaar te zijn. Want het is heel bizar dat je stevig in je schoenen moet staan als je iets van queer bent. Want je bent ook gewoon nog een tiener.”
Maaike: “Er is echt een verharding, ja. In 2023 - er waren toen net Tweede Kamerverkiezingen geweest - kregen we een enorme backfire in de klas, zo erg dat één school zei: ‘Jullie willen zeker nooit meer terugkomen?’ Maar wij zeiden: ‘Juist wél. Dat is gelukkig wel wat weggezakt, maar we merken dat de leerlingen heel erg aan het veranderen zijn.”
Jodie: “Mensen, en dus ook leerlingen, hebben tegenwoordig het gevoel een mening te moeten hebben, over wat dan ook. Het gaat er eigenlijk om van heb respect voor elkaar. Wat je mening ook mag zijn, dat is daarbij niet belangrijk. Je wilt gewoon allemaal jezelf kunnen zijn.”
“In nieuwe voorlichtingen beginnen we niet meteen met het onderwerp lhbtiqa+, maar gaan we in op wat aansluit bij de leerlingen: wat is respect, wat is discriminatie?
Hoe spelen jullie daarop in?
Maaike: “In onze gastlessen beginnen we niet meteen met het onderwerp lhbtiqa+, maar gaan we in op wat aansluit bij de leerlingen: wat is respect, wat is discriminatie? We merken dat leerlingen soms dingen zeggen vanuit hun achtergrond. Dan gaan we in gesprek en dan heb je ook echt hele leuke gesprekken.
Ons motto is ‘Let’s agree to disagree.’ Vaak vinden leerlingen dat nog moeilijk. Want wat Jodie al zei, je ‘moet’ een mening hebben. Nee, dat hoeft niet. En je mag ook een mening hebben en dat je dan denkt van… klopt die eigenlijk wel? Ik hoor iets anders.”
COC Haaglanden is ook actief in netwerken. Waarom is dat belangrijk?
Maaike: “In Zoetermeer hebben we zelf het Rainbow Netwerk opgezet, samen met iDb. Er werd veel gepraat in de bestaande overleggen, maar weinig gedaan. Nu doen we het gewoon zelf. En daar zijn de ambtenaren ook blij mee - er gebeurt tenminste wat.
Jodie: “We proberen jongeren ook een breder sociaal netwerk aan te bieden buiten hun schoolomgeving, door activiteiten van netwerkpartners te promoten. Dan zie je dat ze ontdekken: ik ben niet alleen. Ze merken dan dat op andere scholen ook dingen gebeuren en dat er jongerengroepen zijn waar ze heen kunnen. Zo bouwen we aan een breder netwerk, waarin jongeren steun aan elkaar hebben.”
“(…) Dan zie je dat jongeren ontdekken: ik ben niet alleen.”
Wat vinden jullie het leukst aan je werk?
Jodie: “Het contact met jongeren. Ik doe vaak een brainstorms met hen over waarom ze bij een GSA zitten. Wat ze zouden ze zelf willen doen of organiseren voor zo’n GSA’s? Daar komen supermooie ideeën uit en dan zie je ze glunderen.”
Maaike: “Ik word helemaal blij als ik de voorlichters lekker met al die lessen aan de gang zie gaan. Dan denk ik: dit wordt weer fantastisch.”